De Grote Cavia: algemene en bijzondere informatie over cavia's.




































 

Column over mijn belevenissen met cavia's.

De hond van de buurman vond iets - en dat leeft nu bij mij...

Vuilnisbakkencavia's


Vandaag was een rare dag.
Ik ging laat naar bed, maar moest toch vroeg op. Of moeten… nou, ja, ik had afgesproken om samen met m’n moeder de gang schoon te maken. Niet een gang in huis, maar de gang die onder ons huis doorloopt. Daar was al jaren niets aan gedaan en het zat vol met spinnenwebben en andere viezigheden. We begonnen met goede moed en werkten ons onversaagd door spinrag, modder en lostzittende kalk heen, terwijl spinnen en andere beesten op ons neerdaalden op zoek naar een veilig heenkomen.

Nadat het karwei gedaan was en ik spinnenwebben en bijbehorende spinnen nog van me afplukte, ging de telefoon. Het was een oude vriendin die vertelde dat ze een auto-ongeluk had gehad. Gelukkig had ze niets ernstigs – alleen een paar schaafwonden – maar de auto was total loss.

Ik sprong onder de douche, trok schone kleren aan en ging bij haar langs. Nadat ze haar verhaal verteld had, ging m’n mobile. Een andere vriendin. Was ik vergeten dat ze langs zou komen om mijn opgeknapte binnenplaats te bewonderen? Eh… ja, eigenlijk wel. M’n ‘auto-ongeluk-vriendin’ zei dat ik best kon gaan en dus spoedde ik me huiswaarts om aldaar de binnenplaats te tonen aan de andere vriendin. Nadat we een poosje genoeglijk in de zon gezeten hadden, hoorden we een raar geluid. Alsof er iemand met keelpijn aan het gorgelen was. En er rook ook iets niet zoals het hoorde. Afgezien daarvan stroomde er een vieze smurrie de binnenplaats op. Nader onderzoek wees uit dat het riool zijn inhoud aan het terugspugen was. Het zag er opeens erg onappetijtelijk uit. Dus kon ik aan de slag om het weer schoon te krijgen. De vriendin had besloten om daar maar niet aan mee te werken – en gelijk had ze. Als het haar binnenplaats was geweest, had ik ook bedankt om mee te helpen! Na die klus douchte ik me voor de tweede keer die dag en trok ook voor de tweede keer die dag schone kleren aan.

Inmiddels was het tijd voor het avondeten. Ik had alleen door alles vergeten boodschappen te doen, dus ik sprong op de fiets en racete naar de supermarkt. Onderweg begon het te regenen. Ik kwam nat aan bij de supermarkt. Toen ik terugfiestste hield het op met zachtjes regenen: het begon te hozen! Doorweekt kwam ik thuis. Voor ik aan het avondeten begon, douchte ik me eerst even en trok droge kleren aan.

Ik had m’n eten nog niet op, toen er werd gebeld. Het was mijn moeder. Ze was de planten aan het water geven toen de buurman langskwam met een plant die hij gevonden had. En of ze wilde zien wat hij nog meer gevonden had. Of eigenlijk niet hij, maar zijn hond Queen. Zijn hond is zijn lust en zijn leven. Het is een Rotweiler die hij halfdood op straat gevonden heeft. Ze was gewoon op straat gezet en was aangereden door een auto. Hij nam haar mee naar de dierenarts en gezamenlijk wisten ze haar leven te redden: de dierenarts door haar te opereren en hij door haar daarna te verzorgen.

Mijn moeder liep mee om te zien wat Queen gevonden had: twee cavia’s. Ze had ze gevonden tussen de vuilniszakken, in een doos, meer dood dan levend. Ze waren gewoon op straat bij het huisvuil neergezet! Hij nam ze mee naar huis en verzorgde ze – hij had ze net vijf dagen.
"En wat ga je doen als ze groter zijn?" vroeg mijn moeder.
Hij haalde hulpeloos zijn schouders op. Als niemand anders ze wilde, dan zou hij ze natuurlijk wel houden, maar eigenlijk wist hij niet goed wat hij ermee aan moest.
En daarom zei mijn moeder tegen de buurman: "Ik zal het eens aan mijn dochter vragen…"

Resultaat is dat ik nu twee nieuwe cavia’s heb! Een broertje en een zusje. Ze zijn tussen de drie en vier weken oud.
De vorige eigenaars zijn ongetwijfeld zo stom geweest om een zeugje en een beertje samen te houden zonder het beertje te laten castreren. En toen werd het zeugje zwanger en werden er twee caviaatjes geboren. En die wilden ze niet en daarom belandden ze bij het vuilnis. Ze hadden niet eens het fatsoen om ze naar een opvang te brengen! Of om de jonkies bij de moeder te laten tot ze vijf à zes weken oud waren! Ongelooflijk, dat soort mensen…

Het zeugje is een zwart/bruine gladhaar, het beertje lijkt een beetje op een borstelhaar en is overwegend crèmekleurig, maar hij heeft op zijn kop een heel mooie tekening: het lijken wel vlammetjes in wit, geel en zwart!
Ze zijn erg doorgefokt: ze hebben een rattenneus waar ik eng van wordt, nòg spitser dan die van Fido. Het zeugje is erg klein en vooral smal, het beertje is breder en groter, en hij heeft ook erg grote oren.

Het zeugje zit nu bij Fido in de kooi. Fido, de macho cavia die in zijn leven met meer cavia’s gevochten heeft dan ik me kan herinneren. Oók met zeugjes. Een beetje verknipt, die Fido. Maar het gaat goed samen met het nieuwe zeugje! Fido’s hormonen maken overuren en hij rent het zeugje overal na. Dat irriteert haar wel, maar Fido’s energie zal ook wel opraken – hij is tenslotte al drie. Het zeugje is een pittig dametje, reuze ondernemend en helemaal niet bang.

Het beertje is veel schuwer, heel schichtig en erg rustig. Hij zit bij Baderon, de ouwe Tessel. Fido en Baderon hebben ook ooit eens samengezeten. Toen was Baderon al volwassen en Fido nog maar net zes weken. Alles ging goed totdat Fido in de puberteit kwam en met Baderon begon te vechten. Baderon deed niets terug. Baderon vind namelijk alles best en heeft nog nooit in zijn leven gevochten. Maar omdat Fido maar doorging, moesten ze uit elkaar. Misschien dat het met dit nieuwe beertje ook zo verloopt, maar voorlopig hebben ze in ieder geval een half jaar tot een jaar samen voor de boeg. En Baderon, mijn 'stamvader', wordt morgen vijf jaar oud. Dus misschien is hij er wel niet meer als het nieuwe beertje eventueel begint te vechten… we zullen zien.

Broer en zus hebben al heerlijk gegeten. Het zusje heeft het hele hok al verkend, maar het broertje is nog niet zo ver. Maar je kan ze gewoon zien denken: “Waar zijn wij terecht gekomen? Is dit soms het paradijs?”

Fido is net gaan liggen, helemaal languit, een teken dat hij moe is. Baderon is, zoals gewoonlijk, de rust zelfve. Het zusje heeft zich verstopt onder het hooi en het broertje zit nog lekker te eten.

Ik bedenk me net (voor de zoveelste keer!) dat Baderon toch wel een bijzondere cavia is. Zijn eerste maatje was Lilly. Daarna kwam Cilly. Toen kwam Fido. Daarna kwam Gwendolyn. Daarna kwam Nerissa. En nu dan het nog naamloze beertje. Dat houdt in dat Baderon al aan zijn zesde partner toe is! Hij is, om maar eens in mensentermen te spreken, drie keer weduwnaar en twee keer gescheiden geweest.

Niet alleen de nieuwe cavia’s en Baderon en Fido zijn onder de indruk van het gebeuren, maar ook de twee andere cavia’s die ik heb: Laila en Cleo. En er is nog iemand die erg onder de indruk is van het hele gebeuren: ik!

Zoals ik al zei: vandaag was een rare dag!



Naar de volgende column.

top      home